donderdag 1 maart 2012


Er bestaan ook delfstoffen waarvoor we niet onder de grond hoeven. Deze vormen van mijnbouw noemen we: 
Dagmijnbouw

Dagbouw is een vorm van mijnbouw, waarbij de delfstoffen in een groeve worden afgegraven aan de oppervlakte. Daarom is de aantasting van het landschap bij deze wijze van ontginning erg groot, in tegenstelling tot gesloten mijnen.

Bruinkool
Bekende vormen  van dagbouw zijn: de winning van bruinkool. In Europa wordt bruinkool vooral gewonnen in Duitsland en naar verwachting zal bruinkool de belangrijkste brandstof voor elektriciteitsopwekking blijven. Er zijn voorraden in Duitsland van 40 miljard ton, voldoende voor de komende 250 jaar. Dit bruinkool is te vinden op dieptes van 100 tot 500 m onder het aardoppervlak en wordt voor 90 % in dagbouw gewonnen. Dit is eenvoudiger dan de winning van de dieper gelegen steenkool met schachtbouw.



Bruinkoolmijn bij Inden (Dld). De graafmachine van circa 70m hoog is bezig de toplaag af te graven zodat de onderliggende bruinkoollaag bereikbaar wordt. Via de lopende band (links) wordt de toplaag afgevoerd om in een al leeggegraven deel van de mijn gestort te worden. Op de plek die hier afgegraven wordt, stonden vroeger de huizen van het dorp Inden.
Ook in Nederland komt  bruinkool voor.  In de 20e eeuw vond bruinkoolwinning op bescheiden schaal plaats in Limburg. Getriggerd door de hoge steenkoolprijzen tijdens de Eerste Wereldoorlog werd het voor enkele ondernemers lucratief om de bruinkool in ontginning te nemen. Concessies werden verleend in Graetheide (Louisegroeve I en II), Brunssum (Energie, Brunahilde II en de niet ontgonnen Brunahilde I), Heerlerheide (Carisborg I en II), Eygelshoven (Herman) en Haanrade (Anna).
 
Mergelwinning
Een van de bedreigingen waardoor de erfgoedwaarden in de onderaardse mergelgroeven verdwijnen is het in dagbouw afgraven van de Limburgse heuvels.

Door eeuwenlang onderaardse ontginning van mergelsteen zijn de oude mergelgroeven ontstaan. Bij de dagbouw afgravingen worden de heuvels waarin de eeuwenoude mergelgroeven zich bevinden van bovenaf afgegraven. Vele kilometers onderaardse gangen met de daarin bevindende erfgoedwaarden zijn reeds voor altijd vernietigd. Het bovengrondse cultuurlandschap is tevens voor altijd aangetast.


Goud
Niet alleen in mijnen wordt goud gevonden. Op de boden van sommige rivieren ligt ook goud. Als de rivier hard stroomt, schuurt het water steeds een klein beetje van de grond of rotsen af. Die weggeschuurde grond heet slib. Soms zit er goud tussen slib. Kleine korreltjes of klompjes goud worden dan door het rivierwater meegenomen. Op de plaatsen waar het rivierwater langzaam stroomt, zakken het slib en de stenen naar de bodem. Met een baggermachine wordt het slib uit de rivier opgegraven. Het slib hoeft niet meer fijngemalen te worden. De kleine stukjes goud kunnen zo uit het slib gezocht worden.

Zout 
Winning van steenzout (haliet) vindt in Nederland plaats door Akzo, bij Hengelo en Zuidwending. Frisia wint steenzout in de buurt van Harlingen en Nedmag wint magnesiumzout bij Veendam. Dit steenzout en magnesiumzout bevindt zich tot enkele kilometers onder het aardoppervlak als lagen en als pijlers. Het zout wordt gewonnen door water te injecteren, waarin het oplost. De pekel die dan ontstaat, wordt opgepompt en tot zout ingedampt. In de ondergrondse zoutlagen ontstaan zo holle ruimtes (cavernes) waarboven bodemdaling kan plaatsvinden. Lokaal kan de bodemdaling enige decimeters bedragen, vooral als de winning relatief ondiep plaatsvindt, zoals bij Hengelo (300 - 400 m diep).
Sinds 1995 wordt in Friesland zout gewonnen. Dit gebeurt op grote diepte (2800 m) waar de temperatuur en druk hoog zijn en zout zich gaat gedragen als een stroperige vloeistof. Het gevolg is dat het zout langzaam de voor de winning gemaakte cavernes in gaat stromen waardoor bodemdaling aan het aardoppervlak optreedt. De dalingssnelheid is ongeveer 2 à 4 cm per jaar. De winning wordt zodanig uitgevoerd dat de bodemdaling in het diepste punt niet groter wordt dan 35 cm. In het winningsplan voor de nieuwe concessie Barradeel II is een beperking van de bodemdaling tot 30 cm in het diepste punt voorzien. Door middel van peilaanpassingen wordt de verandering van de grondwaterstand gecorrigeerd.





En ook voor deze producten hoeven de de mensen niet zelf onder de grond te gaan.

Aardolie
Er wordt weer olie gewonnen in Nederland. Op maandag 24 januari 2011  is het officiële sein voor de herstart van de winning van olie in het Schoonebeekveld gegven. Het veld in Drenthe zal de komende 25 jaar naar schatting 120 miljoen vaten olie produceren.



In 1969 werd het eerste olieveld op de Noordzee aangeboord. Sindsdien is vooral in het midden en noorden van de Noordzee een uitgebreide olie-industrie ontstaan, die voor het grootste deel in Britse en Noorse handen is. In 2002 was de Noordzeebodem goed voor een totaalproductie van 360 miljoen kubieke meter olie. Begin 2003 schatte de offshore-industrie de resterende voorraad op 2700 miljoen kubieke meter olie.




Aardgas
Aardgas is een van de fossiele brandstoffen. Het ontstaat bij hetzelfde proces dat tot de vorming van aardolie leidt en vertegenwoordigt de lichtere fractie organische producten van dat proces. Aardgas wordt daarom vaak samen met aardolie gevonden, hoewel soms het gas kans ziet in andere aardlagen door te dringen dan de veel zwaardere olie en er zo een scheiding kan zijn ontstaan.
Een van de aardgaswinnings plaatsen in Wijngaarden, hier in de Alblasserwaard. Gelegen langs de N214.
               

Zo ziet u maar dat het winnen van delfstoffen niet altijd plaatsvindt in een mijn waarvoor mensen letterlijk hun leven wagen door onder de grond te gaan. Dit wil niet zeggen dat  mijnbouw bovengronds en al wat daarmee samenhangt zonder gevaar is.