maandag 16 oktober 2017



Een krasse oude Marine sergeant majoor bevond zich op een gala-avond georganiseerd door lokale liberale artsen. Er waren jonge dames in overvloed die de sergeant majoor graag tot een gesprek verleidden.
“Excuseer me, sergeant majoor, maar u ziet er wel heel serieus uit. Heeft u misschien problemen?”
“Negatief, mevrouw. Ik ben van nature serieus.” De jonge dame keek naar zijn vele onderscheidingen en zei, “U ziet er naar uit alsof u heel wat actie hebt meegemaakt.”
“Ja mevrouw, een hoop actie.” De jonge dame, moe van haar pogingen een gesprek te beginnen, zei, “Weet u, u zou de wereld wat vrolijker moeten bekijken. Ontspannen en wat vrolijker zijn.”

De sergeant majoor keek haar met een ernstige blik aan. Uiteindelijk zei de jonge vrouw, “Weet u, ik hoop dat u dit niet verkeerd op zult vatten, maar wanneer had u voor het laatst seks?” “1955, mevrouw.” “Nou, zie je wel. Geen wonder dat u zo serieus bent. U moet eens echt uit uw dak gaan!
Ik bedoel, geen seks sinds 1955!”

Ze nam hem bij de hand en nam hem mee naar een van de slaapkamers, waar ze hem overhaalde diverse malen te “relaxen”. Na afloop, nog na hijgend, leunde ze tegen de naakte borst van de sergeant majoor en zei, “Wow, je bent niets vergeten sinds 1955.”
De sergeant majoor zei, nadat hij op zijn horloge had gekeken, “Dat mag ik hopen; het is nu pas 2130.”


Een oude oorlogsveteraan komt de trap afgesjokt, geheel gecamoufleerd en in gevechtstenue, met een brief in zijn hand. “Wat is er aan de hand?” vraagt zijn vrouw verbaasd. “Ik heb een oproep gehad van mijn oude makkers,” zegt de grijsaard, “ik moet vechten aan de Golf.” “Wat!?” roept de vrouw, “dat is toch allang voorbij…laat eens zien die brief.”
Ze leest hem en zegt: “Gekkie… Ze vragen of je mee gaat golfen aan de Vecht!”


Een jonge vrachtwagenchauffeur komt op de militaire keuring en wil graag afgekeurd worden.
Hij komt bij de keuringsarts en moet zich uitkleden.
“Beroep?” vraagt de arts.
“Vrachtwagenchauffeur.”
“Wat zijn je gebreken?” vraagt de arts.
“Mijn koplampen werken niet,” zegt de jongen.
“Hoe bedoel je?” vraagt de arts.
“Ik bedoel: ik heb slechte ogen.”

“We zullen eens zien,” zegt de arts en loopt naar de kaart met de kleine en grote letters.
De arts wijst op kleine letters:
“Kun je dit lezen?”
“Nee, sorry,” zegt de jongen.
De arts wijst op grotere letters:
“Kun je dit dan lezen?”
“Nee, sorry,” zegt de jongen.

De arts wijst op de allergrootste letters:
“Kun je dit dan lezen?”
“Absoluut niet,” zegt de jongen.
“Dat is inderdaad niet zo best,” zegt de dokter, “maar ik heb nog een tweede test.”

Nu laat de dokter een spiernaakte meid voor het bord gaan staan.
“Zie je wat?” zegt de dokter.
“Niets,” zegt de jongen.
“Nou,” zegt de dokter, “misschien werken je koplampen niet, je richtingaanwijzer doet het wel.”